Van werkplaats GEMA naar pand van 1 miljoen
Tuinbouwstraat 19
De verkoop van het verborgen gelegen Tuinbouwdwarsstraat 19 voor ongeveer een miljoen euro roept vragen op naar de historie. Het Dagblad van het Noorden van 15 december 2020 spreekt over het ‘voormalige gebouw van de Groningsche Electriciteits Maatschappij’. Dit bedrijf, beter bekend onder de afkorting GEMA, heeft het gebouw inderdaad als huurder in gebruik gehad vanaf de oplevering in 1922 tot in 1928. Maar wie heeft het bijvoorbeeld gebouwd en wie waren de eigenaren de afgelopen bijna honderd jaar?
De Tuinbouwdwarsstraat ontstaat in 1921 doordat de vereniging 'Katholiek Leven' de voormalige Sikkens-lakstokerij in de bocht van de Zwarteweg koopt om een toegangsweg te kunnen maken naar de nieuw te bouwen 'R.K. Bewaarschool'. Smid en wagenmaker Sijberen van der Veen, die in 1919 eigenaar is geworden van een moestuin die strekt van de Moesstraat tot aan de huidige Veldstraat, ziet de straataanleg wel zitten. Hij draagt een daarvoor benodigd stukje grond over aan de gemeente en behoudt de percelen aan weerszijden van de nieuwe straat.
Van der Veen, die woont en werkt in het door hem gebouwde Moesstraat 14, ziet naast het vervaardigen van onder andere melkkarren ook wel wat in onroerend goed. Hij laat op zijn perceel achter het in 1898 gebouwde huisje Moesstraat 28 in 1919-’20 een houten loods bouwen (nu autoboxen) en een jaar later daarachter nog een bedrijfsgebouw (nu gesloopt). Zo gauw de Tuinbouwdwarsstraat in 1922 is aangelegd, dient hij ook voor daar een bouwplan in. Nog datzelfde jaar verrijzen een blok met drie bovenwoningen en erachter een bedrijfspand. Ze krijgen aanvankelijk respectievelijk de huisnummers 3a tm 7a en 3, maar worden in 1925 vernummerd tot respectievelijk 21 tm 25a en 19. Het laatstgenoemde pand wordt vanaf het begin gehuurd door de GEMA.
De ‘Groningsche Electriciteits Maatschappij’ (GEMA) wordt in 1921 opgericht door Jelle Groenwold en komt voort uit de 'NV Noorderlicht' aan de Noorderstation- en Tuinbouwstraat. Het perceel van Noorderlicht wordt in 1922 gesplitst waarbij Tuinbouwstraat 3 naar Groenwold gaat. Anders dan de naam doet vermoeden levert het bedrijf waarvan Groenwold directeur wordt geen energie, maar vervaardigt ‘machines, motoren, apparaten en toestellen’. Verder helpt het bij de ‘electrificatie van alle mogelijke bedrijven’. Met de opkomst van de radio wordt de GEMA een belangrijke leverancier van ‘radio-ontvangtoestellen’. Zie bijgaande advertentie:
De GEMA vestigt kantoor, fabriek en magazijnen aan de Tuinbouwdwarsstraat, terwijl Tuinbouwstraat 3 ‘monsterkamer’ wordt. Albert Huisman maakt van de GEMA tevens een radiozender, een van de eersten van Nederland. Bij de piano van Groenwold aan de Tuinbouwstraat worden opnamen gemaakt, de zender staat beneden en de antenne op het dak. Door concurrentie van ‘Hilversum’ stopt Huisman de uitzendingen in 1924 en door Philips wordt het vanaf 1927 voor de GEMA hoe dan ook een stuk moeilijker. Het bedrijf kiest in 1928 voor verhuizing naar Oude Boteringestraat 57, waar het tot 1970 gevestigd blijft. De naam leeft voort doordat de latere bewoners van het pand hun vereniging ‘Gema’ noemen.
Van haarden naar DOMO
Eigenaar Van der Veen verhuurt Tuinbouwdwarsstraat 19 dan aan de ‘Groninger Haardenfabriek’, in de jaren dertig gevolgd door de ‘Noord Nederlandsche Machinefabriek’ van Chr. Bus. Vanaf ongeveer 1936 wordt het pand ‘Depôt’ van de Melkfabriek Roden. In 1944 komt er een nieuwe eigenaar, pettenfabrikant Jan Weeber, maar wat er precies in het laatste oorlogsjaar in het pand gebeurt is onduidelijk. Volgens overlevering zou er een gaarkeuken en tot slot een Duitse kazerne zijn (zoals in de naastgelegen R.K. panden), maar er zijn hiervoor geen schriftelijke bewijzen.In 1946 worden de ‘Coöperatieve fabrieken van Melkproducten en Graanmalerijen Roden-Zevenhuizen’ eigenaar van het hele perceel tussen de Tuinbouwdwarsstraat en de Moesstraat. Nadat de panden aan de Moesstraat zijn verkocht, komt het restant in 1965 op naam van de ‘Coöperatieve Melkproductenbedrijven Domo Beilen’.
Nadat het ‘Maatschap Apotheek en laboratorium Diephuis’ het perceel in 1981 heeft gekocht, wordt het verder opgesplitst en verdeeld. Zelf houdt ‘Diephuis’ de autoboxen, Harmannus Roggen koopt het blok met de nummers 21a tm 25a en kunstenaar Jenny Makkinga Tuinbouwdwarsstraat 19. Volgens een artikel in het Nieuwsblad van het Noorden van 22 november 1985 is het op dat moment een ‘puinhoop’. Ze spreekt van een ‘in elkaar zakkende melkfabriek’ en knapt het samen met Paul Ton-Temple op. In 1987 verkoopt ze het aan Henk Suurling, die er in 2020 een veelvoud voor krijgt van wat het in de jaren tachtig heeft gekost.
Beno Hofman